De geschiedenis van de bloeddrukmeting
Pas toen begrepen werd dat bloed in het menselijk lichaam een circulaire beweging vertoonde werd ook de interesse om de bloeddruk te meten groter. De eerste persoon die een bloeddrukmeting uitvoerde was geen arts maar een priester. Stephen Hales stak in 1733 een holle buis in de nek van een paard. Het bloed in de buis steeg tot maar liefst een kleine drie meter! Kort daarna werd hiervoor een kwikkolom gebruikt; kwik is bijna 14 keer zo zwaar als bloed (of water).
Hoe werkt een bloeddrukmeter tegenwoordig?
De bloeddrukmeters van nu werken niet meer met kwikdruk echter de waarden worden nog steeds aangegeven in millimeters kwik oftewel mmHg. In het midden van de negentiende eeuw werd er naarstig gezocht naar een niet-invasieve methode voor het meten van de arteriële pols. In 1881 werd de sphygmomanometer uitgevonden. Dit was een bloeddrukmeter bestaande uit een met water gevulde zak die aan een manometer gekoppeld was. Bijna 20 jaar later verbeterde de Fransman Pierre Potain deze uitvinding door lucht in de armband te plaatsen in plaats van lucht. Een paar jaar daarvoor had de Italiaanse kinderarts en internist Riva-Rocci de kwik sphygmomanometer uitgevonden. Een opblaasbaar manchet werd aan de bovenarm bevestigd en aan een glazen manometer gevuld met kwik gekoppeld. Op deze manier kon de druk die op de opperarm werd uitgeoefend gemeten worden. De afkorting RR voor bloeddrukmeting staat voor Riva-Rocci.
De intrede van de stethoscoop
In 1905 bemerkte Korotkoff dat er bepaalde geluiden optraden bij het opblazen of ontluchten van het manchet/cuff. Nu deed de stethoscoop zijn intrede bij de bloeddrukmeting. Deze wordt gebruikt om naar de geluiden te luisteren die je hoort bij het ontluchten van het manchet. Deze ontwikkeling maakte de metingen betrouwbaarder dan ooit. Er werden echter bij de metingen alsnog fouten gemaakt doordat de ene arts een beter gehoor had dan de andere. Daarom werden op sommige geautomatiseerde toestellen microfoons geïnstalleerd.
Thuis je eigen bloeddruk meter
De eerste elektronische bloeddrukmeter werd in 1965 uitgevonden door de Amerikaan Seymour London. Hierbij werd gebruikt gemaakt van een kwikkolom, een aquariumpomp en een microfoon. In de jaren daarna werden er oscillometrische toestellen ontwikkeld. Deze bloeddrukmeters meten de druk aan de hand van trillingen die ontstaan door het koppelen van het manchet aan de arterie. Oscillometrische apparaten meten de gemiddelde druk en schatten de boven- en onderdruk. Tegenwoordig is het zo dat iedereen thuis met een compacte bloeddrukmeter zijn of haar eigen bloeddruk kan meten. Er zijn zelfs bloeddrukmeters die hartstoornissen herkennen en melden. Er is in de loop der jaren veel veranderd.

Heeft u advies nodig?
Mail ons: service[at]zaak-shops.nl
Onze klantenservice is momenteel
(geopend op werkdagen van 9:00 - 17:00)